Financiering VIA-3 bijscholingen Brusselse sociale economie

Tracé Brussel, FeBIO, JES en Groep Intro schreven een open brief op 23 januari 2025 over de onzekerheid van de financiering van VIA3-bijscholingen in Brussel. De eventuele bezuinigingen riepen verontwaardiging op, zowel binnen onze organisatie als bij onze samenwerkingspartners, gezien de zware gevolgen voor de sector van de Nederlandstalige sociale economie in Brussel en hun kwetsbaar doelpubliek. 

Daarover stelde Eva Platteau van GROEN op 5 februari 2025 een parlementaire vraag aan minister Demir in de Commissie Werk (lees hier) in het Vlaams parlement.  

Minister Demir vermeldt in de antwoorden: “Uw tweede vraag spitst zich toe op de bijscholingen voor werknemers in werkervaringsprojecten in Brussel. Zoals u wellicht weet, werden de materie Werk en de materie Sociale Economie in deze legislatuur ondergebracht bij twee verschillende ministers. Ik denk dat deze vraag misschien eerder gesteld moet worden aan de minister die bevoegd is voor Sociale Economie”.

Als een partner (zoals VDAB, Vlaanderen) ineens middelen die sinds 2008 gegeven worden terugtrekt, brengt dat een fragiel evenwicht in gevaar. Er is weinig Nederlandstalig opleidingsaanbod voor de kwetsbare Brusselse profielen. De bevoegdheidsverdeling is bovendien een bijzonder ingewikkelde institutionele materie. Sinds de zesde staatshervorming, via een bijzondere wet zijn Brusselse instellingen gemachtigd zelf “programma’s voor beroepsopleidingen” op te zetten. De draagwijdte van deze toegewezen bevoegdheid,werd beperkt door toe te voegen: “voor zover [deze programma’s] kaderen in het werkgelegenheidsbeleid en rekening houden met het specifieke karakter van Brussel”. En niemand begrijpt deze zin. De maatregel vertaalt in alle geval geen echte regionalisering van de beroepsopleiding in Brussel. Het opzetten van opleidingsprogramma’s wordt inderdaad aan het Brussels Gewest toevertrouwd, “onverminderd”, zoals expliciet wordt vermeld, de bevoegdheden van de gemeenschappen in de culturele aangelegenheden. Verschillende overheden en beleidsniveaus VDAB, Actiris, VGC, COCOF…zijn allemaal betrokken in dit verhaal. Zie TEWERKSTELLING EN BEROEPSOPLEIDING NA DE ZESDE STAATSHERVORMING: WELKE VOORUITZICHTEN (IN HET BIJZONDER VOOR BRUSSEL)?* BTSZ, 2015, Daniel Dumont.

Minister Demir zegt verder: “In het regeerakkoord vragen we ook aan VDAB om te focussen op de kerntaken, met name het bemiddelen en matchen van werkzoekenden die daarvoor ondersteuning nodig hebben. Daar is ook een besparing aan gekoppeld”.

Hiermee valt tussen de lijnen te lezen dat Vlaanderen mogelijk wil besparen op de opleiding van de meest kwetsbare Brusselaars als dit niet tot de kerntaken van VDAB behoort. De minister verwijst ook uitgebreid naar de juridische problematiek. Het organiseren van deze handvol aan professionele opleidingen, bijscholingen in Brussel zou problemen geven met de Europese staatssteunregels, met de regelgeving omtrent de vrije markt, vrije mededinging en met de wet op de overheidsopdrachten. Verder zou er ook collusiegevaar bestaan en is er het risico op fraude.

Explosie armoede in Brussel

In de hoofdstad verpaupert intussen een derde van de bevolking. Een enorme besparing op de federale uitgaven (reductie van de duur van de werkloosheid tot twee jaar) is voorzien. Men verwacht een verschuiving van meer Brusselaars (potentieel zo’n 27000 als de leeftijd tot 55 jaar beperkt wordt) naar het leefloon. Dat kan volgens een projectie van Brulocalis van 6 februari 2025 het totaal aantal leefloners op zo’n 74.416 brengen. De gezinnen zullen beduidend armer en mensen zullen moeilijker te activeren zijn. Een spijtige vaststelling.

Opleiding is een noodzakelijke investering in de toekomst, eerder dan een kost.

De werkloosheid in de hoofdstad moet men samen vanuit alle betrokken bevoegdheden, overheden willen oplossen. We hopen dat die discussie op gang komt. Investeringen in opleiding zijn daarbij onmisbaar. Zolang basiscompetenties en professionele competenties bij de Brusselaars ontbreken en er niet voldoende jobs zijn voor laaggeschoolden valt er weinig te matchen voor de arbeidsbemiddelaars…Zo verhoogt men de werkzaamheidsgraad van de Brusselaars niet.