
Op 9 april 2025 presenteerden de onderzoekers en de administratie BEW een opdrachtonderzoek ‘Spending Review voor het mandaat inschakeling’ in de Commissie Economische Zaken van het Brussels Parlement. Het objectief van de studie is kosten van het dispositief beheersen, volume en kansen inschakeling op de arbeidsmarkt bevorderen en onbedoelde neveneffecten (deloyale concurrentie) vermijden. SDAEB, (Sociale Dienst voor Algemeen Economisch Belang), het Europees wettelijk kader is voor dit laatste een garantie. Aanmelding van het mandaat bij de Europese Commissie is niet nodig want men blijft in Brussel met deze SDAEB onder een bepaald bedrag. De afhankelijkheid van subsidies wil men verminderen.
FeBIO volgde de discussies in de Commissie. Het uitgebreid document bevat 14 hervormingspistes en resulteerde uiteindelijk in 7 aanbevelingen. Lees het rapport. Niet alle bestudeerde mogelijke pistes voor hervorming van de inschakelingsondernemingen werden weerhouden. Het is een interessante denkoefening die weliswaar beperkt blijft zowel wat de invalshoeken van de evaluatie als wat de aangeleverde data/analyse betreft.
Algemeen uitgangspunt
Besparen is realistisch is de algemene teneur! Maar meer investeren in sociale economie, meer gesubsidieerde arbeid en tewerkstellingsmaatregelen is evengoed een mogelijke politieke keuze van een nieuwe regering, denkt FeBIO ! Deze aanbevelingen gaan verder dan “beleid in lopende zaken”. Het Brussels Parlement nam geen acte van de studie. De kern van de geplande besparingen zou liggen in een verhoging van de minimumdrempel, door grotere organisaties te weerhouden boven 10 VTE (besparing van 3,5 miljoen, 55 inschakelingsonderneminge getroffen).
Een belangrijke vaststelling is dat men focust op het inschakelingsprogramma zonder rekening te houden met de maatschappelijke winst die de sociale ondernemingen realiseren in combinatie met de inzet van doelgroep medewerkers. FeBIO ziet het mandaat inschakeling niet los van de erkenning als sociale onderneming, met drie criteria (een leefbare economische activiteit, een sociaal doel en democratisch bestuur). Voor de mandatering krijgen erkende sociale ondernemingen een vergoeding voor het opzetten van een inschakelingsprogramma (verwerven van competenties, professionele en sociale begeleiding) op basis van de begeleiding van de doelgroep. De manier waarop Vlaanderen de kosten/baten van zijn sociale economie analyseert is vollediger (zie de berekeningen van de Federatie HERWIN). Daar gebeurt dat op basis van de duurzaamheidsverslagen van het Departement WEWIS Werk en Sociale Economie.
Doelgroepafbakening
De studie beperkt zich tot SOCECO en Artikel 60. Het Brusselse doelpubliek is steeds meer gefragiliseerd, merkte de administratie BEW op. De gesloten enveloppes voor tewerkstellingssubsidies voor Artikel 60 en SOCECO verklaart mee de in de commissie door politici ‘eigenaardig gevonden schaarste’ aan doelpubliek. Men vergeet dat er duaal lerenden met een arbeidscontract, doelgroepgeco’s, Activa… in de sociale inschakelingsondernemingen aanwezig zijn. Deze statuten tellen al enkele jaren niet meer mee binnen het nieuwe mandaat inschakeling. De inschakelingscontracten voor jongeren werden vorig jaar geschrapt. Er zijn vrijwilligers aan de slag. Net dit totaalplaatje van de doelgroep houdt de ondernemingen vaak overeind.
Scope van het onderzoek
Het werkveld werd weinig betrokken bij dit onderzoek. Eigenlijk gebeurde dit vooral bij het begin. Binnen de scope is er weinig aandacht voor de macro-economische omgeving en de Brusselse arbeidsmarktcontext. De studie houdt nog geen rekening met de verwachte gevolgen (bijvoorbeeld voor Artikel 60 en SOCECO) voor de inschakelingsondernemingen van de hervorming van de duur van de werkloosheid. Door de beperking in de tijd verdwijnt de nood aan omkadering en begeleiding naar werk niet. Deze actuele ontwikkeling verdient aandacht !
De 7 aanbevelingen van het rapport. Enkele bedenkingen van FeBIO.
- Aanbeveling 1. Informatie, verbeter het gebrek aan data, ontwikkel een intern instrument voor admin BEW en in samenwerking met VIEW. Cijfers voor doorstroom verzamelen op basis data Kruispuntbank sociale zekerheid was een opdracht van het Observatorium (VIEW), maar resultaten ontbreken. FeBIO is vragende partij voor meer analyse als onderbouwing voor toekomstig beleid. Neem de sociale impact van de organisaties mee ! Speciaal doorstroomanalyse in combinatie met profielkenmerken, en uitstroom van de profielen naar sectoren optekenen is relevant. De reductie van de waarde van het mandaat inschakeling en sociale economie tot louter doorstroom, is echter geen goed idee. Inclusie op de werkvloer, begeleiding, vorming (taalverwerving, professionnele kennis, arbeidsattitudes, sociale competenties) telt. Maatschappelijke meerwaarde realiseren met inzet van de doelgroep medewerkers is waardevol.
- Aanbeveling 2. Nood aan meer controle, op dubbele financiering COCOF. FeBIO ondersteunt het controleren en vermijden van dubbele financiering.
- Aanbeveling 3. Frequentie kandidaturen, men stelt oproep voor om de vijf jaar voor het mandaat. Momenteel is er normaal elk jaar een oproep. Dit jaar in 2025 gebeurde dit niet omwille van de politieke en budgettaire situatie. Een jaarlijkse oproep geeft flexibiliteit zowel qua activiteiten als profielen. FeBIO vroeg een gecontroleerd groeipad met betere planning en een apart budget voor nieuwe projecten. Afstemming van de budgettaire planning van de groei van het aantal gemandateerde ondernemingen, en de groei van het aantal doelgroep medewerkers is nodig. Anticipatie van de indexering ook ! De facto is er verlenging van het bestaande (de huidige gemandateerde inschakelingsondernemingen) beslist met één jaar voor 2025 en 2026. Een grotere flexibiliteit inbouwen voor bestaande projecten, de vraag nieuwe mandaten openstellen als er budget is, is ok. Hernieuwing kan telkens bij het einde van het mandaat.
- Aanbeveling 4. De envelop van het budget kan lager of hoger -10%, 0%, of +10%, werken met gesloten enveloppe voor het mandaat inschakeling in de toekomst. We vragen doelgerichte keuzes te maken, en aan te geven voor wie de maatregel bestemd is (type werkzoekenden, etc…). Er waren hervormingspistes om dienstenchequesondernemingen en publieke initiatieven uit te sluiten die niet weerhouden werden. We herinneren eraan dat de envelop van het mandaat samenhangt met de envelop tewerkstellingssteun doelgroep. FeBIO pleit voor meer investering. De Brusselse context is er één van overaanbod van laaggeschoolde profielen, niet van krapte op de arbeidsmarkt. De enorme structurele mismatch tussen vraag en aanbod of discriminatie valt niet snel te verhelpen. Veel mensen willen werken, ook de nieuwkomers kloppen aan onze deur.
- Aanbeveling 5. Selectie van de projecten, herziening van het minimum van 4 VTE, strenger evalueren, de beste projecten kiezen, enkel met Actiris, evaluatie door een jury en niet Adviesraad SO. De problematiek hangt nauw samen met het huidig gebrek aan objectieve beoordelings- en kwaliteitscriteria. Er is momenteel geen data-export van de informatie in de inschakelingsformulieren mogelijk, wat analyse en vergelijking van dossiers bemoeilijkt. Actiris controleert het inschakelingsprogramma (vernauwing van de evaluatie tot controle en beoordeling ervan…?), een minimumscore geven voor elke dimensie, simplificatie van de administratieve controle is mogelijk. FeBIO heeft begrip voor de wil tot opschalen bij de overheid en verwelkomt suggesties voor verbetering. Pioniers, nieuwkomers moeten klein kunnen opstarten. Bijsturing dient gefaseerd te gebeuren. Jarenlang stimuleerde het Brussels beleid immers kleine organisaties…Een herziening van het minimumaantal VTE is mogelijk, maar enkel als eerst een alternatieve financiering voorzien wordt voor projecten die niet enkel een economische activiteit hebben, maar voorzien in diensten aan de bevolking die zonder ondersteuning niet betaalbaar zijn.
- Aanbeveling 6. Berekening van de compensaties en het jaarlijks plafond. Behoud van een financiering per VTE-omkadering. Mogelijkheden voor degressiviteit voorstellen van bedragen bij hogere aantallen doelgroep medewerkers (dgm). Begeleiders/doelgroep afstemmen. Hogere aantallen dgm en het plafond van 32 dgm bekijken. FeBIO legde het plafond in 2018 bij de onderhandelingen op 50 dgm (maar dit vraagt meer budget). De studie houdt geen rekening met de aanwezigheid van doelgroepgeco’s die uit historisch oogpunt verklaren waarom sommige kleine organisaties minder snel groeien. Discussies over de omkaderingsnorm zijn complex en afhankelijk van profielen, (variabele begeleidingsnoden), aard van de vorming, economische activiteit en het businessmodel. Omkadering kost nu eenmaal geld. En hogere eisen stellen aan omkadering (diploma’s etc) ook. Niet iedereen werkt aan marktprijzen. Men laat zich best leiden door wetenschappelijke onderbouwde inzichten die rekening houden met de praktijkervaring van het werkveld. Degressiviteit is niet aan te raden, meent FeBIO, aangezien de begeleidingsnood en het productiviteitsverlies niet verminderen bij grotere hoeveelheden doelgroepmedewerkers. In tegenstelling tot Vlaanderen werkt men in Brussel niet met een inschaling van de profielen (via ICF, International Classification of Functioning is het raamwerk van de Wereld Gezondheidsorganisatie voor het meten van gezondheid en handicap, ook op individueel niveau ).
- Aanbeveling 7. Herziening van de indexering, niet langer jaarlijks of minder. Verminderen van indexering is voor FeBIO niet aanvaardbaar.
Onze basisvraag aan het beleid is om een meer eenduidig beleid te voeren. Voor zij die kort bij de arbeidsmarkt staan, maar ook voor alle anderen ! Sociale economie is een speler die de ervaring heeft om mensen te begeleiden en te activeren op de arbeidsmarkt. Het is een verdienste dat de Brusselse sociale inschakelingsondernemingen, als operationeel instrument bestaan. De visie dat door een beperking van de middelen voor de sociale inschakelingsondernemingen de efficiëntie kan vergroot worden, wordt door niets onderbouwd.