De Overmolen

Historiek 

De Overmolen ontwikkelt sinds 30 jaar initiatieven voor mensen die in Brussel door de mazen van het net vallen.  Het gaat zowel om huisvesting voor sociale organisaties en hun doelgroepen als om organisaties die specifieke noden aanpakken.  Zo lag De Overmolen onder andere mee aan de basis van Pag-asa, Minor Ndako, Globe Aroma, Baita, Lhiving, Jobyourself…  Als inschakelingsonderneming voert De Overmolen zijn missie niet alleen uit voor maar ook mèt kwetsbare personen.  In de klusdienst, dienst voor oppashulp en administratie kunnen mensen werkervaring op doen om terug aan te sluiten bij de reguliere arbeidsmarkt.

Activiteiten 

De Overmolen huisvest momenteel 33 organisaties en 75 kwetsbare personen in ca. 17.000 m² gebouwen op 7 locaties die grotendeels onderhouden worden de eigen klusdienst.  Kompanie@Home biedt met een 30-tal medewerkers en vrijwilligers oppashulp aan een 60-tal senioren.

Team 

Het team bestaat uit 10 vaste medewerkers en een 25-tal medewerkers in werkervaringstraject.

Business model 

De Overmolen geneert omzet uit verhuur van zijn gebouwen en uit verkoop van de diensten van Kompanie@Home en Klusdienst.

Ordonnantie betreffende de tewerkstellingssteun in het BHG

Er werd in juni 2017 door het Brussels Parlement ook een nieuwe Ordonnantie betreffende de tewerkstellingssteun goedgekeurd. Lees de   Ordonnantie tewerkstellingssteun. Onder een eerste type maatregelen van inschakeling op de arbeidsmarkt vindt men het inschakelingscontract. Daarnaast is er de inschakelingsbaan in de sociale economie, Artikel 60 en een vormend tewerkstellingsinstrument voor jonge werkzoekenden. Een tweede type van maatregelen is gericht op de activering via werk. Hieronder ressorteren Activa, de aanmoedigingssteun voor opleiding en maatregelen ter ondersteuning van werk als zelfstandige. Een derde type maatregelen is gericht op het behoud op de arbeidsmarkt en heeft als doelgroep oudere werknemers. Tot slot zijn er maatregelen voor specifieke steun op de arbeidsmarkt.

Een aantal van deze maatregelen (o.a. generieke Activa, activa.brussels)  treden al in werking op 1 oktober 2017. Meer details vind je hier. Met betrekking tot de hervorming van de tewerkstellingsmaatregelen SINE en DSP heerst er nog veel onduidelijkheid en zijn de uitvoeringsbesluiten nog niet gekend.

Wat betreft de fusie van de DSP- en SINE-maatregelen, vindt FeBIO het noodzakelijk de SINE-maatregel te vrijwaren voor de werknemers ouder dan 45 jaar die momenteel onder een arbeidscontract staan, waarvan de financiële tussenkomst in het nettoloon en de beperking van de werkgeversbijdragen niet beperkt zijn in de tijd. Er zijn overgangsmaatregelen nodig.

In het kader van de inschakelingscontracten op het vlak van de sociale economie moet er coherentie bestaan tussen deze Ordonnantie en de Ordonnantie Sociaal Ondernemerschap. De link met tewerkstellingsmaatregelen ontbreekt in de laatste Ordonnantie. FeBIO vraagt om de tewerkstellingsmaatregelen in de eerste plaats te reserveren voor de sociale inschakelingseconomie en dat de ESRRBC toezicht houdt dat men in andere Ordonnanties (en in het kader van de Geco-hervorming) links naar de ‘mandatering inschakelingsondernemingen’ voorziet en de doelgroepen helder afstemt.

FeBIO vraagt dat de hervormingen gelijktijdig besproken worden en dat de gecombineerde financiële impact ervan op de inschakelingssector wordt geëvalueerd. De bedragen en modaliteiten van het nieuw uniek statuut DSP/SINE zijn nog niet gekend. Budgettair moet de hervorming op zijn minst een nuloperatie voor de inschakelingseconomie zijn.

Er is nood aan een duurzaam tewerkstellingsstatuut voor langdurige tewerkstelling. Soepele verlengingsmogelijkheden van bestaande statuten zijn wenselijk, gezien de structurele tekorten aan jobs voor laaggeschoolden in Brussel. Meer jobcreatie is in beperkte mate ook mogelijk in de sociale inschakelingseconomie. FeBIO signaleert dat sociale werkplaatsen in Brussel ontbreken. Deze lacune invullen zou inspelen op een reële behoefte, de kenmerken van de Brusselse bevolking in acht genomen.

Als Brussel investeert in meer mensen aan het werk krijgen, stijgen de uitgaven (RSZ-kortingen) maar de belastingen (inkomsten) blijven federaal. Dit is een bottleneck, men moet de andere overheden betrekken en samenwerking op het vlak van sociale economie organiseren. Het totaalplaatje is voor de sociale ondernemers van belang.

Voorontwerp nieuwe Ordonnantie Sociaal Ondernemerschap. De sociale economie moet sociaal blijven!

Het Voorontwerp van Ordonnantie werd in eerste lezing goedgekeurd door de Regering op 5 juli 2017. Lees hier onze Opmerkingen. Het keurslijf van de ‘verbrede’ definitie voor de erkenning als sociale organisatie moet passen voor de inschakelingseconomie. Het concept PIOW (Plaatselijk Initiatief voor de Ontwikkeling van de Werkgelegenheid) in de ordonnantie van 18/3/2004 was specifiek voor hen geschreven. Nu hanteert men een veel bredere logica van de sociale ondernemingen en moet men een mandaat bemachtigen als inschakelingsonderneming. Alle instrumenten zijn toegankelijk, alleen zijn ze minder exclusief en nog niet duidelijk. Er worden indicatoren uitgewerkt die de sociale organisatie definiëren waaraan de organisaties moeten beantwoorden met drie dimensies.

  • Aangaande de sociale dimensie : Het sociaal doel moet duidelijk omschreven zijn in de statuten, beperkte loonspanning van 1, het laagste t.o.v. 4, het hoogste salaris, geen of beperkte winstdeling van maximaal 6% voor coöperaties en VSO’s.
  • Op het vlak van de beheersautonomie willen we de aanwezigheid van publieke instellingen gelimiteerd zien tot 50% in de beslissingsorganen zoals de RVB en AV. Voor de democratische besluitvorming, vraagt men transparantie aangaande de mandaten van de bestuurders.
  • FeBIO vraagt soepele voorwaarden op het vlak van ontwikkeling van een economisch project en de definitie van de commerciële rentabiliteit. Het blijven onderscheiden van verschillende types van organisaties, met name VZW’s met inschakeling als hoofdactiviteit  (kenmerken oude PIOW) van andere (oude IO) blijft noodzakelijk.

Lees verder

Casablanco

Locatie

Anderlecht

Historiek

Casablanco is al meer dan 20 jaar actief in de sociale economie en behartigt een dubbele opdracht: socio-professionele begeleiding en inschakeling van langdurig en kortgeschoolde werkzoekenden én de verbetering van de woonleefomgeving in het BHG, in het bijzonder in de achtergestelde wijken. Pieter Dehon over ondernemen in de sociale economie: ‘Een ietwat ongemakkelijke spreidstand tussen het koesteren van maatschappelijke en economische idealen en het moeten maken van strategische keuzes. Tussen het organiseren van een kwaliteitsvolle dienstverlening en de voortdurende nood aan rendement. Kortom, een grand-ecart tussen cijfers en mensen’.

Team

Jaarlijks werken er gemiddeld 70 mensen bij Casablanco. Het team bestaat uit 50 doelgroep werknemers, 8 instructeurs en algemene coördinatiestaf.

Lees verder

Diversiteitsbeleid Actiris herbekeken

Jan De Haen en Veerle Vanderleen stelden in September de activiteiten van de Dienst Diversiteit van Actiris aan ons voor. Promotie en strijd tegen discriminatie staan bij de 15 medewerkers centraal. Doelpublieken zijn de  -26-, +45-jarigen, laaggeschoolden, gender, handicap en vreemde origine. Er is aandacht voor werving en selectie, communicatie en HR. Zij moedigen bedrijven aan (zowel publiek, gemeenten, als privé) om een diversiteitsplan te ondertekenen. Er is cofinanciering mogelijk voor de uitvoering van het plan (10.000 euro maximum). De organisatie moet hetzelfde bedrag op tafel leggen. Na uitvoering verkrijgt men het diversiteitslabel. ATELIER GROOT EILAND, FIX, EAT en BAITA dienden met succes diversiteitsplannen in. Een consulent van Actiris begeleidt het proces gedurende twee jaar.  Meer info bij Jan De Haen.

Actiris beraadt zich over een nieuw beleid.  Moet men sensibiliseren, op vrijwillige basis, of moet men meer met doelstellingen, indicatoren, quota gaan werken? Op 20 September vond er in dit kader bij Actiris een plenaire zitting in dit kader plaats met experten van Actiris, Unia, het Observatorium, ULB, BNP Paribas, het Kabinet, het Agentschap voor Integratie en Inburgering… FeBIO leverde een bijdrage rond de vraag: Welke zijn de prioritaire doelgroepen voor de toekomst? Hoe worden deze bepaald? Gaan we de doelgroepen previeze definiëren of trekken we ze open? Leggen we de link met de doelgroep hervorming die werd doorgevoerd op vlak van het tewerkstellingsbeleid?

Lees verder

Ahmed Shehaybar stroomt door van Atelier Groot Eiland naar Van Overstraeten en volgt een IBO-opleiding als schrijnwerker

 

Ahmed is 32 jaar en kwam naar België als Syrische vluchteling uit de streek van Aleppo. Ondertussen is hij hier al twee jaar en werkte 8 maanden, tot juli 2017 bij Atelier Groot Eiland, in de schrijnwerkerij van Atelier Klimop. Daarna liep hij één maand stage bij schrijnwerkerij Van Overstraeten in Vlezenbeek, leerde er met de nieuwe CNC-machines werken en de computer programmeren. Rita Daeninck, jobcoach schrijnwerkerij en bouw bij AGE hielp hem om de stage te bemachtigen. Vervolgens kreeg hij daar in Augustus een IBO-contract. Wilfried Van Overstraeten, directeur: ‘Ik hield eraan Ahmed een kans te geven. Hij komt uit een zeer moeilijke situatie, heeft ambitie en doet zijn best. Mocht ik in dit geval zitten, zou ik ook graag geholpen worden. Natuurlijk moet hij zich nog wat aanpassen aan onze normen en moeten we hem daar soms op wijzen’.

Lees verder

Doorstroom. Jamal Khatib stroomde intern door bij CyCLO naar de ‘vliegende ploeg’ van de Fietspunten.

Jamal Khatib, 45 jaar, werd geboren in Marokko en kwam in 2001 naar België.  In Marokko behaalde hij een licentie geologie en hydrologie, de studie naar het gedrag en de eigenschappen van water in de atmosfeer, op en onder het aardoppervlak.

Eerst had hij het plan opgevat om verder toegepaste wetenschappen te studeren in België maar dat bleek financieel en praktisch niet haalbaar. In het Noordstation zag hij een advertentie voor een vacature bij CyCLO en nam contact op.   Vanaf september 2015 kreeg hij daar een Artikel 60 contract en ondertussen beschikt hij over een vast contract van onbepaalde duur.

‘CyCLO heeft mij kansen gegeven, dat vergeet ik niet’.

Lees verder

Groep Intro

Locatie

Anderlecht

Historiek

In het verleden werden er klusopdrachten uitgevoerd in Brussel vanuit Vlaanderen. Vanaf begin 2016 richtte Groep Intro in Brussel een kleine klusploeg op in Brussel met twee Artikel 60’ers. Er werden er vier inschakelingsgeco’s aangeworven. Binnen Brussel heeft Groep Intro al 30 jaar ervaring met het organiseren van opleidingen in de bouwsector (metser, dakdekker,…).

Activiteiten

Binnenschilderwerk en decoratie, plaatsen van binnenwanden in gipskarton, ontmanteling van lokalen, opruimingswerk, plaatsen van vloertegels en wanden, gevelschilderwerk, repareren en schilderen van ramen en kozijnen, uitvoeren van kleine elektrische installaties, plaatsen van klinkers en betonplaten… hoofdzakelijk in het Brusselse Gewest. Men werkt aan de GROEI van mensen : Groepsdynamiek, Respect, Ontdekkingen, Empowerment en Individuele begeleiding.

Team

Het team van de werkervaring bestaat uit 4 inschakelingsgeco’s (nog niet ingevuld), 2 sociale maribel medewerkers, 4 Artikel 60’ers, 1 begeleider instructeur en 1 inschakelingscoach.

Business Model

Middelen uit het mandaat inschakeling, in combinatie met tewerkstellingsmaatregelen en één geco. Er zijn ook commerciële inkomsten van externe klanten en van interne klanten, voor het onderhoud en verbouwingen van de gebouwen behorend tot het patrimonium, die eigendom zijn van de VZW Groep Intro, of van gebouwen die men in erfpacht heeft.

Werkervaring maakt competent

Alle FeBIO-leden bieden werkervaring aan.  Professionele inschakeling is in de inschakelingsondernemingen de hoofdactiviteit van de organisatie. Meer kwetsbare mensen aan het werk helpen en de duurzame inzetbaarheid verhogen is het doel.

Men combineert opleiding op de werkvloer met externe opleiding (UB3 (technisch), Huis van het Nederlands…). Werkervaring opdoen als doelgroep medewerker binnen de inschakelingseconomie geeft mensen meteen een netwerk. Het inkomen werkt stabiliserend op de sociale situatie. Men verwerft technische, sociale, generieke competenties (die overdraagbaar zjin naar verschillende werkcontexten zoals teamwerk, communicatie) en taalkennis. Er is veel aandacht voor werkattitudes tijdens het opleidingstraject en ruimte voor persoonlijke groei. Een traject kan wel vier jaar duren binnen een unieke menselijke context waarin een misstap niet direct wordt afgestraft.

Op welke manier verwerven mensen competenties binnen werkervaring? Men vertrekt van een persoonlijk ontwikkelingsplan. Er is een kwalitatieve omkadering en begeleiding op de werkvloer. Indien mogelijk, worden de verworven competenties gevalideerd. Na een traject kan men doorstromen naar een baan in de reguliere economie of verdere opleiding maar dit is niet voor iedereen haalbaar.

Tegelijkertijd creëert men bijkomende sociale diensten of producten. De realiteit van de Brusselse nederlandstalige projecten is divers en de economische activiteiten situeren zich in uiteenlopende sectoren.

Enkele nuttige referenties

DOne DRAAIBOEK door- en uitstroom uit het Sociaal Economisch Circuit naar de reguliere arbeidsmarkt (ESF-project).

Validatie van competenties via ervaringsbewijzen in Vlaanderen.

Validatie van competenties langs franstalige kant via ’titres de compétences’